Quarantaine – deel 1

Sinds 15 maart zitten Ferry en ik in “quarantaine”. In eerste instantie wisten wij niet wat we moesten doen. Oke, we kunnen niet trainen. Maar mogen we nog boodschappen doen? Mogen we wel wandelen?
Laat ik maar bij het begin beginnen. Achter de schermen waren we namelijk al weken bezig met het ‘corona gebeuren’. In februari tijdens het trainingskamp in Zuid-Afrika spraken we dagelijks over de ontwikkelingen. Eind februari – toen Corona in NL nog een ver-van-je-bed-show leek- hebben Marcel en ik mijn planning al wat aangepast. Ik zou bijvoorbeeld in april naar Azië gaan, maar dat leek ons toen niet verstandig (een paar weken later werd de vlucht ook geannuleerd).
Ondertussen ging ik mijn ouders en oma vaker bellen dan normaal. Pap was net geopereerd en die kon in feite al niks, maar ik was wel bang dat hem wat zou gebeuren. “Alsjeblieft neem dit serieus. Blijf alsjeblieft binnen, dit is niet iets kleins. Please was je handen. En hou er maar rekening mee dat dit nog lang gaat duren…” Nu in eind april lijkt dit niet zo gek, maar bedenk dat dit begin maart was. Ik klonk als een angstzaaier. Gelukkig weten m’n ouders wanneer ik serieus ben.
De week voor de lockdown – dus toen we nog mochten trainen – werd alles al constant schoongemaakt, mochten we niet meer omkleden en douchen in het bad, elkaar niet meer aanraken etc etc. Dat lijkt na een aantal weken al wel redelijk de standaard te worden, maar die eerste dagen was dat zo raar! Ik weet ook nog dat de baantjes zwemmers Ferry stonden uit te lachen omdat hij een meter afstand wilde houden….
Op 14 maart zijn we met de auto helemaal volgeladen vertrokken naar Drachten, om daar intern te gaan trainen, voor onbepaalde tijd. Voor onbepaalde tijd, omdat we niet wisten hoe lang Corona in Nederland zou blijven hangen. Halsoverkop inpakken voor een trainingskamp zonder einddatum dat zijn we helemaal niet gewend in ons leven waarin alles weken, maanden van tevoren gepland is. Een trainingskamp zonder einde? En zonder dat we weten of we de deur uit mogen. En wat zou er allemaal veranderd zijn als we weer thuiskwamen? En…Wat neem je mee? Ik kan vertellen dat er héél veel spullen zijn ingepakt, en bij mij kwamen eigenlijk de zwemspullen als laatste. Van schoonmaakmiddelen tot spellen. Kleding, koffie, opladers, boeken, slaapspullen, nog meer spelletjes, ballonnen (want we hadden een jarige), wat lekkers voor het weekend. Als we niet van de locatie af mogen, wat gaan we zoveel weekenden doen?
Nog geen 24 uur later zaten Ferry en ik weer in onze volgeladen auto op weg naar huis. Onderweg luisterden we naar de memorabele persconferentie (“dit moment herinneren we ons over 20 jaar nog”). Die avond zou alle horeca per direct sluiten. Fer en ik waren van mening dat we een cheat meal nodig hadden en zijn langs de Grote Gele M gereden. Daar hadden we nog precies 25 minuten voor, voordat die ook (tijdelijk) zou sluiten. Hamburger met frietjes in onze volgeladen auto, het voelde als een laatste avondmaal…
Onderweg hebben we veel gepraat. Ik had al een week lang het gevoel alsof er een oorlog zou uitbreken, of zoiets. Zo’n gevoel wat ik nog nooit hebt meegemaakt. Dat je niet meer weet wat er gaat gebeuren en wat je moet doen. Het angstige vond ik vooral dat dit niet alleen om mijn leven ging, maar om dat van een heel land, de hele wereld misschien wel. En wat doe ik dan? Rustig blijven, en veel met Ferry praten over wat er in me omgaat. En ik ben nog kritischer geworden over welke informatie (kanalen) ik tot me neem. Sowieso kijk ik bijna geen tv en lees ik weinig kranten. Van even met de kat knuffelen, of een blokje om wandelen wordt mijn hoofd weer rustig. En niet van zeik verhalen op social media lezen. Met een rustige en kalme mindset kan ik beter hoofd- van bijzaken onderscheiden, ben ik vriendelijker naar mezelf en anderen, slaap ik beter. Kortweg, ik voel me dan gewoon veel beter.
We hebben in de auto meteen tegen elkaar gezegd: “we gaan eerst rust nemen, ik ben helemaal gesloopt van afgelopen dagen”. Eerst even mentaal herstellen en weer opladen voor de komende periode, wat dat ook mag zijn.
Rust nemen betekent even niet aan zwemmen denken. Even een paar dagen niet de wekker zetten, lekker eten en drinken, en even de teugels laten vieren. Na een paar dagen begon het te kriebelen, “ik wil weer bewegen, trainen, iets doen!” Na wat app contact met m’n zwemvrienden werd wel duidelijk dat iedereen een beetje een kater gevoel had. Die rust duurde 4 dagen en daarna zijn we rustig begonnen met opstarten. (Ondertussen was het huis alweer spik en span hoor)
Je mag best weten dat ik die dagen wel wat traantjes heb gelaten. Als de coach zegt: hier stopt het, ik kan niks meer doen, jullie mogen naar huis en ik weet ook niet wat er nu gaat gebeuren’. Tja, wat moet je dan? Wat gebeurt er met mijn Olympische Droom? Wanneer gaan we elkaar weer zien? Gaan we elkaar überhaupt weer allemaal gezond terugzien? En wat moeten we nu doen dan?
In ieder geval niet in paniek raken. Maar mijn hersentjes gaan ratelen. Zoveel vragen. Tegelijk realiseer ik me dat niemand nu antwoord heeft op mijn vragen. Dus heeft het weinig zin om Marcel, m’n ouders of wie dan ook te bestoken met vragen. Eigenlijk is het nu een kwestie van hoe ons topsportleven er al jaren uitziet: Je maakt een plan, het wordt gewijzigd, je anticipeert op gebeurtenissen en je gaat weer verder. 12 keer vallen 13 keer opstaan.
Ondertussen begonnen mensen te roepen dat de Olympische Spelen moesten worden uitgesteld. En wat ik daarvan vond. Ons plan was helder: zolang er geen duidelijkheid is over uitstel, dan worden de Spelen in de zomer van 2020 gehouden en moeten we dus zorgen dat we over 4 maanden in topvorm zijn. Maar na een paar dagen in de schuur op de spinfiets dacht ik ook… dit gaat ‘m niet worden hoor. Moeten we dit wel willen? Als de meeste zwemmers wereldwijd niet eens een zwembad hebben om te trainen, waar gaat dit dan over? En ook al kunnen topsporters dan trainen, dit gaat om iets veel groters. Wat stelt topsport nog voor als er een wereldwijde coronacrisis is?
Ineens ging het balletje snel rollen en kwam het verlossende woord: De Olympische Spelen worden uitgesteld met één jaar. Ik was opgelucht, en eigenlijk ook wel blij. Ik voelde meteen een enorme drive om, een jaartje later, in 2021 mijn beste vorm te laten zien!